Jan houdt van lekker wilde spelletjes. Het liefst doet hij mee met Arend als die vriendjes mee naar huis neemt. Hutten bouwen op de ‘jongenskamer’, lekker buiten voetballen, autoraces houden, gevechten met de nerf-pistooltjes… maar als Jan alleen met mama thuis is terwijl Arend en Bette op school zitten, vindt hij het soms stiekem best leuk om lekker wat aan de keukentafel te tuttebellen. Heerlijk!
Onze verzamelbak met ‘poppetjes’ is onverminderd populair. Hierin verzamelen we figuurtjes van Albert Heijn acties (sprookjes, smurfen, Toy Story), Gogo’s, figuurtjes uit verrassingseieren, figuurtjes uit Happy Meals en allerhande andere, nouja, poppetjes dus. Jan voert er hele toneelstukken mee op.
En daarna is het tijd voor een kopje thee, met melk en suiker.
Wat nog wat voeten in de aarde had. Want voordat je met iets nieuws mag spelen, moet je het oude natuurlijk opruimen. Dus toen Jan de poppetjes liet staan op de keukentafel en zijn trompet uit de kast trok, zei ik:
Mama: “hoho Jan, als je iets anders gaat doen moet je de poppetjes eerst even terugdoen in het doosje.”
Jan (gooit trompet weg): “ik ga met de poppetjes spelen!”
Mama: “DAN moet je je trompet even terug in de kast doen.”
Jan kijkt mij aan met een blik van: “wat ben jij toch een vréselijk mens, zeg” en kiest dan eieren voor zijn geld: de trompet is minder werk om op te ruimen dus eerst maar met de poppetjes verder. Die later alsnog in het doosje moesten voordat het serviesje tevoorschijn gehaald mocht worden. Maar eerlijk is eerlijk: Jan heeft, heel sportief, uiteindelijk al z’n spulletjes opgeruimd. Goed zo Jan!