Arend was jarig, en Jan dacht: “dát wil ik nou ook wel eens!”. De hele dag als iemand tegen wie dan ook zei dat Arend jarig was, kwam Jan ertussendoor met “Jam ook jalig!” en dan keek hij verwachtingsvol in het rond of er al kadootjes aankwamen. Ook ‘s avonds bij het bidden moest dit nog even worden vermeld. Meestal bidt Jan exact na wat wij zeggen, gebed met een echo als het ware. Deze keer echter:
… en dank u wel dat het goed gaat met Flippie in mama’s buik,
Flippie mama buik…
… en dat we weer zo lekker eten hebben vanavond,
lekke ete avond…
… en dat Arend vandaag jarig is,
Jam ook jalig is…
Arend en Bette beleven deze zwangerschap heel bewust mee. Bette weet dat mama ‘rustig aan’ moet doen omdat het af en toe wat moeizaam gaat met het baby’tje, en raapt uit zichzelf dingen van de grond op zodat mama niet hoeft te bukken. Arend is met name geïnteresseerd in de technische kant van de zaak. Zoals, waar moet dat baby’tje straks uitkomen? Uit mama’s navel soms? Hij neemt tot dusver nog genoegen met de mededeling dat daar een speciaal gaatje voor is. Maar het blijft allemaal raadselachtig. Baby’s groeien in de buik van de mama, en de papa heeft ze erin gestopt. Maar hóe dan? Terwijl ik nog even nadenk over de juiste hoeveelheid informatie en de beste formulering voor een zesjarige heeft Arend gelukkig alweer iets anders bedacht: kan papa dan ook in ándere buiken baby’tjes stoppen? Daar kan ik in elk geval helder over zijn: ja, dat KAN wel, maar dat MAG hij niet! Met dat antwoord was Arend meteen tevreden, dat is tenminste duidelijk…